Tesselaar Freesia
Eigenaar van Tesselaar Freesia en initiatiefnemer van het project Pip Tesselaar is trots dat de uitvoering in volle gang is. “Dit project heeft enkele jaren aan voorbereiding gekost. We zijn samen met Mol Freesia uit Nibbixwoud in 2015 begonnen met onderzoek naar het verduurzamen van onze freesiateelt. Dit bracht ons onder meer naar Denemarken, waar zonthermie al op grotere schaal wordt toegepast. Met het zonthermiesysteem oogsten we het hele jaar door warmte in de vorm van warm water. Deze warmte wordt vervolgens zo veel mogelijk diect toegepast om de kas te verwarmen. Een eventueel overschot aan warmte in de zomer slaan we vervolgens met een warmte-koude-opslag (WKO) systeem in de grond. Tijdens zeer warme dagen pompen we koud water omhoog voor het koelen van de gewassen. In de winter werkt het andersom en pompen we het warme water omhoog en gaat het afgekoelde water weer de bodem in. De bodem blijft zodoende in balans”.
G2Energy
Het systeem wordt gerealiseerd door G2Energy. Kees Molenaar, accountmanager bij G2Energy: “Dit is de eerste keer dat een zonthermie-installatie op deze schaal in Nederland voor de glastuinbouw wordt toegepast. Grote voordeel van ons systeem is dat we werken met het ‘Drain-back-principe’. Hierdoor gaat er gewoon water door de collectoren, dit in tegenstelling tot bijna alle andere systemen die werken met glycol. De collectoren worden in eigen fabriek in Nederland gemaakt, een echt Hollands product dus, dat zich al ruim 30 jaar heeft bewezen, maar nu door alle ontwikkelingen in energieland een grote doorbraak meemaakt”.
Warmtebuffer
Omdat het in het voorjaar en de herfst ’s avond en ’s nachts vaak nog koud is, en de kas dan ook een warmtebehoefte heeft, wordt het systeem gecombineerd met een grote warmtebuffer van 1.000m3. De warmte die overdag geoogst wordt gaat dan niet de bodem in, maar wordt in de warmtebuffer opgeslagen om ’s avond en ’s nachts gebruikt te worden. Om het elektra van de pompen te verduurzamen heeft Tesselaar Freesia 620 PV-panelen geïnstalleerd op het dak van de schuur. “Het verwarmen van de kas vindt op deze manier helemaal duurzaam plaats”, aldus Pip Tesselaar.
Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord over het project
Gebiedscoördinator Dave Vlaming van Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord is blij met het innovatieve systeem van Tesselaar Freesia. “Het Altongebied zat in 2013 nog in zwaar weer en was niet toekomstbestendig. Door een nauwe samenwerking tussen de ondernemers, gemeente Heerhugowaard, provincie Noord-Holland, Ontwikkelingsbedrijf NHN, HVC en de Rabobank is het gebied nu op weg om één van de duurzaamste glastuinbouwgebieden van Nederland te worden. De partijen hebben de gezamenlijke ambititie om in 2030 voor de teelt van gewassen geen fossiele brandstoffen meer te gebruiken. Dit project draagt daar substantieel aan bij en vormt een inspiratie voor andere ondernemers”.
Gemeente Heerhugowaard zet in op energiereductie en verduurzaming
Ook Monique Stam, wethouder Economische Zaken en Duurzaamheid van gemeente Heerhugowaard, is verheugd met de realisatie van het grootste zonthermische project van Nederland binnen haar gemeentegrenzen. “In het Altongebied vindt ongeveer een derde van het totale energieverbruik van onze gemeente plaats. Als gemeente zetten we ons samen met de andere partijen in om het energieverbruik te reduceren en te verduurzamen. Tesselaar Freesia laat met dit grootschalige en innovatieve project zien hoe de glastuinbouw verduurzaamd kan worden. Met het warmtenet van HVC in aanleg zijn we op weg om een voorbeeld te worden voor andere glastuinbouwgebieden in Nederland”.
Ondersteuning Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord
Pip Tesselaar is blij met de ondersteuning vanuit de gebiedscoördinator. “Dave Vlaming van Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord heeft onze subsidie-adviseur van Flynth ondersteund bij het schrijven van de aanvraag voor een POP3 Innovatiesubsidie van de provincie Noord-Holland. Ook is er ondersteuning gegeven bij de aanvraag van de benodigde vergunningen. Er komt in korte tijd veel op je af met zo’n project en dan is het prettig als er op deze wijze ondersteuning wordt geboden”.
Eind 2018 wordt het project volledig opgeleverd. Dit project is mede mogelijk gemaakt door een POP3 Innovatiesubsidie van de provincie Noord-Holland.